Doel van het Nationaal Constitutioneel Eczeem Project (NCEP) is eenduidige informatiematerialen, tools en scholing over eczeem ontwikkelen. “Als patiënten beter zijn geïnformeerd en meer grip hebben op hun aandoening, is het project meer dan geslaagd”, zegt apotheker Steven Verhagen-Smits die hier nauw bij betrokken is.
Vrijwel alle zorgverleners die een rol hebben bij de behandeling en begeleiding van mensen met eczeem doen mee met het Nationaal Constitutioneel Eczeem Project (NECP), zegt openbaar apotheker Steven Verhagen-Smits van Apotheek van Greuningen in Den Haag. Ook patiënten spelen een belangrijke rol. “De samenwerking tussen al deze groepen is essentieel voor het succes van dit project.”
Het NCEP werd vijf jaar geleden opgericht om de zorg voor mensen met constitutioneel eczeem te verbeteren. Ondanks alle inspanningen van zorgverleners lopen mensen onnodig lang rond met klachten die verholpen kunnen worden, merkte Verhagen-Smits, die deel uitmaakt van het kernteam van de NCEP. “Patiënten blijken met vragen te zitten of worstelen met onvolledige of tegenstrijdige adviezen.”
Eenduidige informatie
Om zowel patiënten als zorgprofessionals te ondersteunen zijn binnen het NCEP eenduidige voorlichtingsmaterialen, tools en scholing over eczeem ontwikkeld. Het idee hiervoor ontstond bij twee dermatologen in deze regio, zegt de Haagse apotheker. “We zagen dat veel patiënten niet de juiste behandeling krijgen of hun behandeling niet goed toepassen. Dit werd onder meer veroorzaakt door de versnipperde voorlichtingsmaterialen en de beperkte begeleiding bij het uitvoeren van voorgeschreven behandelingen. Ook zijn er soms tegenstrijdige adviezen door zorgverleners, bijvoorbeeld over hoe dik een corticosteroïdzalf moet worden gesmeerd. Het advies deze zalf dun te smeren is onjuist en werkt corticofobie in de hand.”
Substitutieschema
Om meer uniformiteit te krijgen is samenwerking gezocht met alle beroepsgroepen die een bijdrage leveren aan de zorg voor patiënten met eczeem; van de huidtherapeut tot de dermatoloog en natuurlijk de patiëntenvereniging.
Een van de resultaten van het project is dat het substitutieschema voor corticosteroïden weer onder de aandacht is gebracht. “Vanwege tekorten komt het vaak voor dat dermatica er niet zijn, en dan moet je bellen met de voorschrijver voor een alternatief. Gebruik van dit document kan veel telefoontjes schelen.”
Smeerplannen
Maar de grootste winst van het project is volgens Verhagen-Smits de eenduidige voorlichtingsmaterialen. Van een eczeemgids tot uitlegkaarten, smeerplannen en smeerschema’s. Allemaal vrij toegankelijk via eczeemwijzer.nl, Thuisarts.nl en Apotheek.nl.
“Ook zijn animaties en instructievideo’s voor jongeren gemaakt en zelfs een educatieve game genaamd Zalfje voor kinderen van 6 tot 11 jaar. Met deze game kunnen kinderen spelenderwijs meer leren over hun huidziekte en worden ze actief betrokken bij de behandeling. Het spel is overigens ook leerzaam voor volwassenen. Ouders kunnen het samen met hun kind spelen en leren op die manier met hun kind mee.”
Meteen aan de slag
Het eczeemproject sluit aan bij wat zorgverleners al doen en weten, zegt Verhagen-Smits en alle informatie staat op één plek. Het hele apotheekteam kan er meteen mee aan de slag. “We gaan nog onderzoeken of en welke gezondheidswinst we door de inzet van deze materialen kunnen behalen. Ook hopen we dat de schaarse middelen in de zorg optimaler worden ingezet. We zien nu dat het behandelschema in de eerste lijn niet altijd volledig wordt gevolgd. Als patiënten bij de dermatoloog terechtkomen, blijkt dat ze soms nog niet de juiste dermatocorticosteroïden of indifferente crèmes hebben gebruikt of niet weten hoe ze de behandeling goed moeten toepassen. De dermatoloog start dan weer van vooraf aan met de behandeling. Dat is zonde.”
Nascholing
Door educatie en nascholing van zorgverleners in de eerste lijn kan herhaling van behandelingen in de tweede lijn worden voorkomen. Wat ook geldt voor scholing in de tweede lijn om onnodige verwijzingen naar de derde lijn te voorkomen. “Als deze aanpak in de praktijk blijkt te werken, zou het mooi zijn als we dit ook bij andere aandoeningen gaan toepassen.”
Apotheekteams die aan de slag willen met de ontwikkelde materialen adviseert Verhagen Smits om de e-learnings te volgen en de voorlichtingsmaterialen en tools te gebruiken. “Kijk ook in je omgeving wie betrokken is bij de zorg en probeer taken met elkaar af te stemmen. Je kunt ook een FTO houden – hiervoor is een geaccrediteerde PowerPoint beschikbaar – of een informatieavond voor patiënten.”
Zelfmanagement
Daarnaast zou je met een dermatoloog een nascholing kunnen geven voor andere zorgmedewerkers in de regio. Volgens Verhagen-Smits een mooie manier om de eerste en tweede lijn aan elkaar te verbinden, zodat iedereen dezelfde informatie geeft.
“Kennis over het ziektebeeld draagt bij aan het zelfmanagement van patiënten met eczeem. Zelf in actie komen en regie houden over het eigen leven zijn van belang om eczeem blijvend onder controle te houden. Als ons project ervoor zorgt dat patiënten beter zijn geïnformeerd en meer grip hebben op hun aandoening, is het project meer dan geslaagd.”
Alle materialen zijn vrij toegankelijk via www.eczeemwijzer.nl. Daarnaast wordt de informatie gedeeld via Thuisarts.nl en Apotheek.nl. Informatie over het project zelf vind je op ncep.nl.
Door Delia Titre