Promotie onderzoek

KNMP stelt wetenschappelijk onderzoek voorop. Hier kunt u de meest recente onderzoeken vinden.
Er zijn5resultaten gevonden
Antistolling

Population-beased research in myelodysplastic syndrome

  • Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
  • Promovendus Hanne Rozema
  • Promoters Eric van Roon
  • Co-Promoters Mels Hoogendoorn Robby Kibbelaar
  • Jaar 2018 - 2022
Antistolling

Patient experience with NOAC therapy, a real life population study

  • Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
  • Promovendus Darko Mitrovic
  • Promoters Eric van Roon
  • Co-Promoters Nic Veeger Karina Meijer
  • Jaar 2019 - 2024
Antistolling

Optimisation of intramural patient care in the field of anticoagulation

  • Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
  • Promovendus Annette van Ojik
  • Promoters Eric van Roon Karina Meijer
  • Co-Promoters Mels Hoogendoorn Nic Veeger
  • Jaar 2018 - 2022
Farmaceutisch praktijkonderzoek

Digital strategies to support adherence to medication in asthma and COPD

  • Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
  • Promovendus Dr. Boudewijn Dierick
  • Promoters Dr. J.F.M. Van Boven Prof. dr. T. van der Molen
  • Co-Promoters Dr. J.W.H.Kocks
  • Jaar 2023

Therapietrouw met astma of COPD medicatie is nog steeds laag. Verschillende (digitale) hulpmiddelen worden besproken om therapietrouw bij astma en COPD te verbeteren.

Inzicht in de soort therapietrouw is belangrijk, Test of Adherence Toolkit kan helpen de juiste interventie te vinden.

Slimme voorzetkamers laten zien welke inhalatiefouten een patiënt maakt. Op maat gemaakte educatie op basis
van de data uit de smart spacer lijkt het aantal inhalatiefouten te doen verminderen. Een haalbare
onderzoeksopzet wordt beschreven.

Farmaceutisch praktijkonderzoek

New medicines in primary care

  • Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
  • Promovendus Dr. Marloes Dankers
  • Promoters Prof. dr. Ir. Van Dijk Prof. dr A.K. Mantel-Teeuwisse
  • Co-Promoters Dr. H.J.M.G. Nelissen-Vrancken
  • Jaar 2023

Dit proefschrift beschrijft twee belangrijke conclusies: 1) Het voorschrijven van nieuwe geneesmiddelen in de eerstelijnszorg is niet gemakkelijk te voorspellen. Voorschrijfpatronen verschillen per geneesmiddel. Het voorschrijven van nieuwe geneesmiddelen evenmin goed te verklaren door verschillen tussen patiënten en huisartsenpraktijken. 2) Wetenschappelijk bewijs speelt maar een beperkte rol bij de keuze van zorgverleners voor nieuwe geneesmiddelen. De individuele houding van een zorgverlener is belangrijk bij de keuze voor een nieuw geneesmiddel. Tot slot beïnvloedt de farmaceutische industrie keuzes met allerlei strategieën. Onafhankelijke informatie over nieuwe geneesmiddelen en interprofessionele uitwisseling (bijvoorbeeld in het FTO) zijn belangrijk om het rationeel gebruik van nieuwe geneesmiddelen te bevorderen.