Prescribing cascades: identification, quantification, intervention, prevention
- Universiteit Rijksuniversiteit Groningen
- Promovendus Atiya Mohammad
- Promoters Petra Denig
- Co-Promoters ds dr Fatma Karpinar dr Jacqueline Hugtenburg
- Jaar 2020-2024
Een belangrijk deel van de variabiliteit in de activiteit van het CYP3A4 enzym is onverklaard. Op basis van onderzoek bij onder meer tweelingen wordt verondersteld dat een aanzienlijk deel van deze onveklaarde variabiliteit een genetische oorzaak heeft, en vermoedelijk verklaard wordt door meerdere impactvolle genetische varianten. In dit onderzoek worden die varainten opgespoord en wordt het belang van die varainten in kaart gebracht.
Naast het genotype zijn er andere factoren die van invloed zijn op de absorptie, distributie, metabolisme en excretie van medicijnen. Deze invloeden kunnen resulteren in een mismatch tussen fenotype en genotype. Het is dus belangrijk dat wij genotype kunnen suplementeren met een minimaal invasieve vorm van fenotypering. Doormiddel van cel representatieve Extracellulaire blaasjes in het bloed willen wij de expressie van pharmacogenen bepalen om personalized medicine te bevorderen
Over de invloed van genetische variatie op geneesmiddel werking is al veel bekend. Toch blijft het lastig om de uitkomst van een behandeling te voorspellen, dit kan mede komen door fenoconversie. Dit onderzoek richt zich op de mechanisme waar via niet genetische factoren de geneesmiddel werking beïnvloeden, zoals inflammatie en comedicatie gebruik.
Varianten in het DNA kunnen voorspellen hoe mensen reageren op geneesmiddelen. Zo zou een farmacogenetica panel test bijwerkingen kunnen voorkomen, wat onderzocht wordt in de PREPARE studie, een Europees onderzoek. Naast de PREPARE studie, richt dit onderzoek zich op HLA allelen die een hoger risico op geneesmiddel allergieën geven.
Therapietrouw met astma of COPD medicatie is nog steeds laag. Verschillende (digitale) hulpmiddelen worden besproken om therapietrouw bij astma en COPD te verbeteren.
Inzicht in de soort therapietrouw is belangrijk, Test of Adherence Toolkit kan helpen de juiste interventie te vinden.
Slimme voorzetkamers laten zien welke inhalatiefouten een patiënt maakt. Op maat gemaakte educatie op basis
van de data uit de smart spacer lijkt het aantal inhalatiefouten te doen verminderen. Een haalbare
onderzoeksopzet wordt beschreven.
Dit proefschrift beschrijft twee belangrijke conclusies: 1) Het voorschrijven van nieuwe geneesmiddelen in de eerstelijnszorg is niet gemakkelijk te voorspellen. Voorschrijfpatronen verschillen per geneesmiddel. Het voorschrijven van nieuwe geneesmiddelen evenmin goed te verklaren door verschillen tussen patiënten en huisartsenpraktijken. 2) Wetenschappelijk bewijs speelt maar een beperkte rol bij de keuze van zorgverleners voor nieuwe geneesmiddelen. De individuele houding van een zorgverlener is belangrijk bij de keuze voor een nieuw geneesmiddel. Tot slot beïnvloedt de farmaceutische industrie keuzes met allerlei strategieën. Onafhankelijke informatie over nieuwe geneesmiddelen en interprofessionele uitwisseling (bijvoorbeeld in het FTO) zijn belangrijk om het rationeel gebruik van nieuwe geneesmiddelen te bevorderen.