Personalised medicine in the outpatient pharmacy
- Universiteit Leiden Universitair Medisch Centrum
- Promovendus Amar Levens
- Promoters Henk-Jan Guchelaar
- Co-Promoters Jesse Swen Dirk Jan Moes
- Jaar 2021- 2025
Het doel is het effect van farmacokinetische boosting op de farmacokinetiek, effectiviteit en toxiciteit van behandeling met olaparib te onderzoeken.
Naast het genotype zijn er andere factoren die van invloed zijn op de absorptie, distributie, metabolisme en excretie van medicijnen. Deze invloeden kunnen resulteren in een mismatch tussen fenotype en genotype. Het is dus belangrijk dat wij genotype kunnen suplementeren met een minimaal invasieve vorm van fenotypering. Doormiddel van cel representatieve Extracellulaire blaasjes in het bloed willen wij de expressie van pharmacogenen bepalen om personalized medicine te bevorderen
To determine the need for repeated booster vaccinations in healthy individuals and to aid policymakers in future public health interventions for COVID-19. Gain insight into the immunogenicity of the additional bivalent booster vaccination in a representative sample of the healthy Dutch population. We aim to investigate three main topics:
i) immunogenicity of bivalent vaccines after priming with adenovirus- or mRNA-based vaccines,
ii) immunological recall responses and reactivity with relevant variants after booster vaccination, and
iii) the necessity of booster vaccinations for the healthy population in the future.
Het ontwikkelen van een clinical rule voor het toepassen van de STOPP/START criteria versie 3, geïntegreerd in het ziekenhuis informatie systeem. De STOPP/START criteria zijn een set expliciete criteria die worden gebruikt voor de identificatie van mogelijk ongeschikte medicatie (STOPP criteria) en ontbrekende medicatie (START criteria). De STOPP/START criteria zijn sinds de publicatie van die eerste versie in 2008 erg in omvang gegroeid (190 criteria in versie 3 vs 87 criteria in versie 1) en daarom is het lastig om de criteria toe te passen voor bijvoorbeeld een beoordeling.
Het onderwerp betreft genetisch onderzoek naar seksuele dysfunctie bij mannen. In het specifiek: levenslang bestaande premature ejaculatie (LPE). Deze aandoening reageert slecht op bijvoorbeeld psychotherapie, in tegenstelling tot andere seksuele stoornissen. LPE kan succesvol worden behandeld met SSRI’s zoals paroxetine. Er wordt gedacht dat LPE een genetische oorzaak kan hebben waarbij meerdere polymorfisme in neurotransmittersystemen tot de klachten leiden. In dit promotietraject wordt onderzocht of deze genen geïdentificeerd kunnen worden. De resultaten kunnen uiteindelijk leiden tot een succesvollere behandeling van seksuele klachten bij deze subgroep, maar mogelijk ook bij behandeling van depressie in andere groepen.
Het onderwerp betreft genetisch onderzoek naar seksuele dysfunctie bij mannen. In het specifiek: levenslang bestaande premature ejaculatie (LPE). Deze aandoening reageert slecht op bijvoorbeeld psychotherapie, in tegenstelling tot andere seksuele stoornissen. LPE kan succesvol worden behandeld met SSRI’s zoals paroxetine. Er wordt gedacht dat LPE een genetische oorzaak kan hebben waarbij meerdere polymorfisme in neurotransmittersystemen tot de klachten leiden. In dit promotietraject wordt onderzocht of deze genen geïdentificeerd kunnen worden. De resultaten kunnen uiteindelijk leiden tot een succesvollere behandeling van seksuele klachten bij deze subgroep, maar mogelijk ook bij behandeling van depressie in andere groepen.