De herziene adviezen voor de Directe Orale Anticoagulantia (DOAC’s) bij patiënten met een verminderde nierfunctie of dialyse zijn per 1 mei 2025 beschikbaar in de G-standaard. De werkgroep ‘Verminderde nierfunctie en dialyse’ heeft deze wijzigingen vastgesteld naar aanleiding van nieuwe literatuur, opmerkingen vanuit de praktijk en herbeoordeling van de bestaande adviezen. Bekijk hieronder de belangrijkste wijzigingen.
Apixaban
Bij de indicatie preventie van CVA en systemische embolie ten gevolge van atriumfibrilleren is het doseeradvies voor apixaban bij een creatinineklaring <= 30 ml/min aangepast. Alleen bij patiënten van 80 jaar of ouder of met een gewicht van 60 kg of minder wordt een dosering van 2,5 mg tweemaal daags geadviseerd. Zonder deze risicofactoren is aanpassen van de dosering niet nodig. Dit geldt ook bij intermitterende hemodialyse.
Rivaroxaban
Voor rivaroxaban is het advies bij een klaring <= 10 ml/min gewijzigd naar 10 mg eenmaal daags bij atriumfibrilleren. Ook bij intermitterende hemodialyse wordt 10 mg eenmaal daags geadviseerd bij atriumfibrilleren.
Edoxaban
Voor edoxaban is bij een klaring <= 10 ml/min en bij intermitterende hemodialyse een dosering van 15 mg eenmaal daags opgenomen. Gebruik bij continue dialyse en peritoneale dialyse wordt ontraden.
Dabigatran
Het advies voor dabigatran blijft om gebruik te vermijden bij een klaring <= 30 ml/min en dialyse.
Meer informatie
De volledige herziene adviezen zijn opgenomen in de G-Standaard en te raadplegen via de KNMP Kennisbank.